“Te midden van de moeilijkheid ligt de mogelijkheid” (Einstein, 1879 – 1955).
Mensen zijn sociale wezens die in groepen leven. Een klas is slechts een van de groepen waar kinderen deel vanuit maken. Kinderen zijn in de eerste plaats gezinskinderen. Daarnaast maken kinderen deel uit van verenigingen, clubs, vriendengroepen, of online groepen. Door al deze groepen worden ze beïnvloed en al deze invloeden nemen ze mee de klas in.
Overal waar mensen in groepen samenkomen ‘gebeurt’ namelijk iets:
“If we were to watch a group for even a few minutes, we would see people doing all sorts of things: talking over issues, getting into arguments, and making decisions. They would upset each other, give each other help and support, and take advantage of each other’s weakness” (Forsyth, 2017:10).
Een groep in een basisschool vormt hierop geen uitzondering. Kinderen maken ruzie, vormen vriendschappen, sluiten elkaar buiten, pesten, helpen, troosten, werken samen of juist tegen elkaar.
Veel problemen die leerkrachten ervaren als het gaat om de sociale interactie in hun groep, vinden hun oorsprong in de sociale interactie als gevolg van het leven in groepen. De oplossing van deze problemen kan veelal gevonden worden in de groep, door kinderen actief te betrekken.
Het onderwijs heeft o.a. als opdracht leerlingen te ontwikkelen tot democratische burgers. Sinds 2006 kennen we daarom burgerschapsonderwijs. In het laatste rapport van de inspectie staat dat scholen beperkt zicht hebben op de sociale en maatschappelijke competenties van hun leerlingen wat er mogelijk voor zorgt dat scholen zich weinig zorgen maken over de ontwikkelingen van leerlingen op dit terrein (Inspectie van het Onderwijs, 2022:70). Inmiddels wordt er gewerkt aan een andere invulling van burgerschapsonderwijs. In deze nieuwe plannen staan drie basiswaarden centraal die van belang zijn in de democratische, pluriforme samenleving: vrijheid, gelijkheid en solidariteit. Hierbij wordt de school gezien als een oefenplaats voor democratie en het omgaan met diversiteit. Leerlingen leren hoe ze actief kunnen meedoen in een democratische cultuur (SLO 2022 https://www.slo.nl/sectoren/po/burgerschap-po/onderwijsdoelen/). De aanname is dat de doelen voor burgerschap bereikt kunnen worden door kennis en vaardigheden aan te bieden (ibid).
GISSKID ziet de school ook als oefenplaats voor het leren van democratie en het omgaan met diversiteit, maar maakt hierbij gebruik van ervarend leren. Actuele problemen in de groep zoals: pesten, buitensluiten, negatief op elkaar reageren of oppositioneel gedrag, worden aangegrepen als betekenisvolle leermomenten. Door middel van gerichte activiteiten en reflectie op wat er tijdens deze activiteiten gebeurt, oefenen kinderen democratische vaardigheden en omgaan met diversiteit op hun eigen niveau.
GISSKID leert leerkrachten het gedrag van leerlingen te zien als een “belangrijke vorm van communicatie als het gaat om waar de groep of het individu staat” (Doel, 2005).